“Volgens mij is materiaal geweldig belangrijk”

Mathias Bracke (18) uit het Belgische Zele is sinds Unicon 2022 wereldkampioen IUF Slalom, een discipline die techniek, snelheid, kracht en preciese controle combineert. Hoe heeft hij dit bereikt, welke andere disciplines beoefent hij, en wat wil hij nog meer bereiken?

Tekst: Klaas Bil Foto’s: Mathias Bracke

Mathias, hartelijk gefeliciteerd met je kampioenstitel IUF Slalom van Unicon20 in Grenoble! Is het je eerste wereldtitel?
Ja, ik heb al wel eerder goud gewonnen in mijn leeftijdsklasse, maar in de Expert klasse met alle leeftijden is dit de eerste, inderdaad.

Wanneer ben je met eenwieleren begonnen, en hoe kwam dat zo?
Ik geloof dat het eind 2011 was dat ik mijn neef (Gert-Jan De Vleeschouwer – KB) op een eenwieler zag rijden. Dat leek mij supercool en ik wou dat ook kunnen. Daarom kreeg ik voor Nieuwjaar een eenwieler van mijn oom. Eigenlijk is mijn zus toen eerst begonnen daarop te rijden, en ze ging toen ook naar het NKE in 2012. Een week voor dat NKE ging ik ook oefenen, en tijdens het NKE oefende ik door, inspiratie genoeg om me heen! En aan het eind van het NKE kon ik rijden. Daarna ben ik nooit meer gestopt.

Waardoor kreeg je het idee om hogerop te komen in de eenwielersport?
Mijn neef kon al heel goed rijden, en won daar prijzen en medailles mee. Dat leek me echt cool, dus dat wilde ik ook proberen. De eerste wedstrijd waar ik aan meedeed was het NKE in 2013, en dat ging best goed. Daarna ben ik gewoon blijven trainen.

Welke disciplines beoefen je, en waarom juist die?
Waar ik het meest voor train zijn de Track disciplines, dus de kortere baanwedstrijden. In de eerste jaren trainde ik ook veel voor de langere afstanden, maar daarna heb ik een tijdlang met blessures gezeten. Daardoor, en ook doordat er weinig wedstrijden waren vanwege corona, is mijn conditie wat weggezakt. Misschien ga ik die langere afstanden wel weer doen. Wat ik verder heel tof vind om te doen is cross-country, zoals mountainbike-paadjes afrijden. Trial doe ik niet echt, maar af en toe vind ik dat toch leuk om te doen, gewoon voor het plezier. 

Heb je vanaf het begin gefocust op die disciplines, of heb je ook wel andere stijlen beoefend?
Sowieso de Track races en ook de 10 km wegwedstrijd. Offroad rijden heb ik ook bijna vanaf het begin gedaan, maar puur voor het plezier.

Toen er geen wedstrijden waren door
corona, lukte het me niet om mijn
motivatie vast te houden

Hoe vaak en hoe lang train je, en wat doe je dan in zo’n training?
Normaal train ik zo’n drie of vier keer in de week, al heeft het met corona een tijdje stilgelegen. Toen er daardoor geen wedstrijden waren, lukte het me niet om de motivatie vast te houden.
Ik train meestal op de atletiekbaan in Zele. Twee keer per week doe ik een techniektraining zoals snelheid, slalom of starten. Eén keer per week een conditietraining, dat kan een volledige 10 km zijn (25 rondjes), of een soort intervaltraining van steeds vier of zes rondjes waarbij ieder rondje even snel moet gaan.

Hoe heb je geregeld dat je daar mocht trainen?
O, dat weet ik eigenlijk niet. Ik was toen nog jong, dus mijn vader zal dat wel geregeld hebben samen met mijn oom. Maar we hebben nu wel een officieel document dat we daar mogen trainen. Zelfs als er atletiek bezig is, zolang we ze maar niet hinderen.

Mooi geregeld! Train je ook nog wel op andere plekken dan de atletiekbaan?
Ja, soms ga ik naar een cross-parcours, zoals bij Beringen. Of gewoon bij ons in de tuin. Dan leg ik bijvoorbeeld wat pallets neer om op te trainen, of ik oefen op de eenwieler met een hockeystick om de techniek wat bij te houden. Of ik probeer wat nieuwe freestyle-achtige tricks uit. Maar dat is allemaal echt voor de lol, en niet zo serieus.

Train je het hele jaar door?
In de zomer, met alle wedstrijden, train ik zeker meer. In de winter is het niet zo aangenaam om te trainen. Als de baan nat is is het nóg minder leuk, want dan lukt het ook niet zo goed. Maar ja, eigenlijk is dat niet zo verstandig, want tijdens een wedstrijd kan het ook regenen.
Daar komt nog bij dat ik van augustus tot april veel basketbal speel, mijn andere favoriete sport. Maar eenwieleren heeft wel voorrang: als er een belangrijke eenwielerwedstrijd is, zeg ik al direct tegen mijn basketbal-coach dat ik niet mee kan doen.

Zo heb je wel een mooie afwisseling, waardoor je toch het hele jaar rond fysiek actief bent.
Dat is waar. Maar bij basketbal raak ik vrij gauw geblesseerd. Deze week nog had ik mijn voet omgeknakt, en daar heb ik eerst ook nog een tijdje mee doorgespeeld tot het niet meer ging. Ook mijn knieën en een eerdere enkelblessure spelen nog steeds op. Bij eenwieleren heb ik zelden iets. Eén keer heb ik mijn teen gebroken door iets doms, maar verder alleen maar wat schaafwonden enzo. Daar kun je gewoon mee doorrijden.

Focus je meer op kracht, op uithoudingsvermogen, of op techniek?
Op de atletiekbaan vooral techniek, zoals de overgang naar eenbeen, of de start van de wheelwalk. En natuurlijk uithoudingsvermogen als ik langere afstanden rijdt. Kracht train ik op zich zelden, maar soms doe ik wel thuis een armspiertraining om explosiever te kunnen starten.

Komt het explosief starten naar jouw idee vooral uit je armspieren?
Vooral uit je beenspieren natuurlijk. Maar als je de techniek beheerst om aan je zadel te trekken, dan kun je toch wel extra kracht zetten vanuit je armen en je lichaam. Ook bij de slalom heb je er voordeel van, omdat je veel moet accelereren en weer afremmen.

Train je liever alleen of met anderen?
Ja, liever met meer. Dat is sowieso toffer, en dan kan je ook tegen elkaar racen. Maar jammer genoeg train ik bijna altijd alleen. Ik reed vroeger vaak met Gert-Jan, maar die woont nu in Gent. Soms rijd ik met Jelle Jacobs, maar die woont op een half uur rijden dus die komt niet zo vaak. Oh ja, en met mijn zus Evelien, die is weer ietsje fanatieker aan het worden. Vooral met Gert-Jan is het fijn, want dan heb ik een “haas” om te volgen, of een enkele keer zelfs te winnen. Da’s net als in een wedstrijd: als anderen ongeveer even snel zijn, geef je toch nog wat extra. 

Beoefen je ook andere sporten? Je noemde net al basketbal.
Zeker, basketbal doe ik al vanaf toen ik vier was, dus nog lang voordat ik eenwielerde. Dat doe ik echt voor de sport op zichzelf, en niet als cross-training voor het eenwieleren. Ik heb een tijdlang ook wel gezwommen, gewoon voor het plezier, maar nu alleen basket en eenwieleren.

Hoe belangrijk is het materiaal voor je succes?
Volgens mij is materiaal geweldig belangrijk. Bijvoorbeeld een stuurtje bij de marathon. Sommigen denken dat het niet uitmaakt, maar voor mij is dat echt essentieel. Het hoeft niet per se duur te zijn. Ook een racebandje voor de track-wedstrijden is voor mij belangrijk, het is lichter dus je kunt er beter mee optrekken. Goede grip is ook belangrijk, vooral voor de slalom.
Ik heb zes eenwielers. Een gewone 20” gebruik ik nog voor eenwielerhockey en freestyletrucjes. Een trial eenwieler voor trial en hoogspringen. Een gewone 24” voor eenwielerbasket en verspringen, al doe ik aan dat laatste tegenwoordig niet meer mee. Natuurlijk de 26×1” voor het racen. De 26” muni, met een rem er op, voor alle offroad. En tenslotte de 29” voor langere afstanden en als dagelijks vervoer.

800 m en 10 km waren vroeger mijn
lievelingsnummers, maar tegenwoordig
vind ik die verschrikkelijk!

Wat zijn je sterke punten op eenwielergebied, en waar wil je nog aan werken?
Ik ben goed in de slalom, en in de kortere baanraces. Maar om bij die laatste echt mee te komen met de toprijders zoals de Japanners die nu de medailles pakken, moet ik toch nog harder op mijn techniek trainen. Waar ik echt weer aan moet gaan werken is mijn conditie. Dat speelt al een rol op de 400 en 800 m baanwedstrijden, en zeker voor de wegwedstrijden. 800 m en 10 km waren vroeger zelfs mijn lievelingsnummers, maar tegenwoordig vind ik die verschrikkelijk!

Bij Unicon20 ging de finale van IUF Slalom niet door vanwege het weer, en ben je wereldkampioen geworden op basis van de kwalificatieresultaten, met een tijd van 18,03 seconden. Hoe kijk je daar tegen aan?
Ik heb daar een dubbel gevoel over. Wereldkampioen worden, en dan nog wel voor de eerste keer, is natuurlijk fantastisch. Maar ik weet dat anderen echt nog wel sneller konden in de finale, en ikzelf kon ook nog wel sneller dan ik in de kwalificatie had gedaan – een 17,60 of misschien zelfs 17,40 seconden heb ik wel in me. Dus de finale zou echt een heel spannende wedstrijd zijn geworden, heel jammer dat dat niet doorging. (Twee weken na dit interview zette Mathias het officiële wereldrecord op zijn naam, met een tijd van 17,32 seconden – KB.)

Speelt tactiek een rol bij IUF Slalom?
Ja toch wel. Bij de kwalificaties bij Unicon ging het mij erom, om in de finale te komen. Als je alles geeft is de kans vrij groot dat je valt – en als dat twee keer gebeurt, lig je er uit. Zoals je weet, mag je twee pogingen doen. Bij de eerste poging reed ik conservatief, mijn tijd was iets in de 18-hoog. Bij de tweede poging gaf ik meer, en kwam ik op 18,03 uit. Daar was ik niet supertevreden over, maar het was in elk geval genoeg voor een finaleplaats. In de finale zou ik dan echt alles hebben gegeven, maar zoals al gezegd ging die hele finale niet door.

Net als in het gewone leven gaat in sport niet altijd alles goed. Wat doe je als het eens tegenzit?
Tijdens een wedstrijd kan ik dan echt wel gefrusteerd raken. Vooral als het iets is waarvoor ik keihard heb getraind, of naar uitgekeken. Dan is het een aanrader aan de mensen om mij heen om niet te veel tegen me te praten, zeker de eerste tien minuten ben ik dan superkwaad op mezelf. Ik heb dat dan ook nog in mijn hoofd bij volgende wedstrijden, maar ja, dat is niet goed.
Tijdens de trainingen heb ik periodes van een maand ofzo dat alles lukt, en dat het eenwieleren ook heel leuk is. Maar dan komt er altijd ook weer een periode van terugval. 

En wat doe je dan tijdens zo’n mindere periode?
Wachten tot de goede periode weer komt, haha. Vaak kijk ik er ook naar hoe die periodes lopen, in verband met Unicons enzo. Gelukkig komt dat eigenlijk altijd goed uit, dat is wel handig.

Heb je een favoriete eenwielerherinnering?
Natuurlijk het feit dat ik nu wereldkampioen ben, dat is toch echt wel iets speciaals. Maar waar ik ook heel trots op ben, ook al is dat al lang geleden, is mijn 10 km in Canada (Unicon in 2014). Toen was ik 10, dus ik reed nog met een 20 inch. Ik werd toen “wereldkampioen” in mijn leeftijdscategorie, met een supersnelle tijd die sindsdien nog nooit door iemand in de “U11” categorie is verbeterd.

Dan was je wel heel snel heel goed geworden, want in 2012 ben je pas begonnen met eenwieleren.
Ja, ik heb in die beginjaren ook enorm veel getraind, meestal zo’n vier of vijf dagen per week.

We kunnen dan wel voorzichtig de conclusie trekken dat veel trainen ook wel veel helpt.
O ja, zeker en vast!

Heb je eenwielervrienden? En zit je bij een club?
In België ziijn de eenwieleraars niet zo dik gezaaid. Met mijn neef rijd ik wel regelmatig, maar ik weet niet of je dat een vriend kunt noemen, dat is gewoon mijn neef. Jelle Jacobs is wel een maat. Bij mijn circusschool heb ik wel vrienden die eenwieleren, maar die doen dat niet echt voor competitie.

Als ik echt over eenwielervrienden wil spreken, zijn dat veel Duitsers, zoals de Boders (een eenwielerend gezin met een tweeling van Mathias’ leeftijd – KB). En Tiago Marant uit Frankrijk is ook een goede maat. Oh, en Misaki Uchida uit Japan. Weet je, dat zijn geen mensen met wie je gewoon afspreekt ofzo, maar op Unicons is het altijd fijn om elkaar weer te zien. Met de Boders spreken we wel elk jaar één of twee keer een weekend af. 

Bestaat jullie club EC Roadrunners Zele nog?
Ja, officieel ben ik daar nog lid van. Vroeger gingen we vaak met de hele club trainen, en dat gaf mij ook heel veel motivatie. Maar spijtig genoeg zijn de meesten zo’n vijf jaar geleden gestopt met eenwieleren.

In 2015 zei ik in een interviewtje dat ik
wereldkampioen wilde worden als ik
later groot ben

Wat motiveert jou om wel door te gaan na zo veel jaar? En heb je als wereldkampioen wel iets om nog naar te streven?
In 2015 zei ik dat ik wereldkampioen wil worden als ik later groot ben. Je kunt het interviewtje nog terugvinden op YouTube (https://www.youtube.com/watch?v=PPOMTEk8xWo). Wel, dat is nu gelukt. Maar er is altijd meer. Opnieuw wereldkampioen worden, bijvoorbeeld, en dan graag in een finale. Of wereldkampioen in een andere disciplines, al zal dat nog een hele uitdaging worden. En het wereldrecord op de slalom breken is een van mijn dromen, maar dat is ook wel een beetje erg want het is nu van mijn neef Gert-Jan. (Deze droom is inmiddels ook uitgekomen – KB.)

Doe je iets op eenwielergebied buiten het zelf rijden?
Ja, ik geef les bij circusschool Sarakasi. Meestal “gewone” circuslessen, maar soms geef ik ook speciale eenwielerlessen. En ik nodig ze uit voor de jaarlijkse eenwielerwedstrijden bij de Dijkfeesten in Zele. Onlangs deed ik mee aan een vijfdaagse eenwielerrit door België voor een goed doel, en de organisator daarvan heeft me daarna gevraagd om af en toe workshops eenwieleren te geven. Dat doe ik met plezier, om meer mensen aan het eenwieleren te krijgen. Mijn vader organiseert de Dijkfeesten, en ik help mee met opbouwen, afbreken, de goodie bags voor de eenwieleraars maken enzo. En bij het Belgisch Kampioenschap hebben we de organisator kunnen overhalen om ook een slalomwedstrijd op te nemen in het programma; ik ga daar helpen met het opbouwen en uitmeten.

Wat doe je buiten het eenwieleren?
Volgend jaar ga ik beginnen aan een studie Sportwetenschappen aan de Universiteit van Gent. Ik wil dan ook graag op kamers, maar dat mag nog niet, haha. Ik moet me eerst een jaar bewijzen.

Ik heb een tijdlang in een supermarkt gewerkt als bijbaan, ook in de vakanties. Nu geef ik elke zondag circuslessen, en soms help ik bij een circuskamp.
Heel soms speel ik voor de lol wat keyboard of piano. Ik heb nooit les gehad, maar ik zoek weleens wat uit met tutorials enzo. Dat kan ik een paar maanden lang heel leuk vinden, en daarna stopt het weer totaal. 

Wat zou je adviseren aan iemand die ook wereldkampioen wil worden?
Het ligt er aan voor welke discipline. Maar sowieso veel trainen, en in je doel blijven geloven. Op het moment dat je opgeeft is het sowieso gedaan. Ook al gaat het niet zo goed op de ene wedstrijd of is het niet gelukt op het ene kampioenschap, er komen er meer. En tijdens de race zelf: vertrouwen hebben dat het goed zal gaan. Wat ook helpt, ook al vind ik dat zelf heel moeilijk: probeer de stress onder controle te houden.

Terug naar alle interviews