“Ik wil graag een wereldrecord halen”

Lisanne Boer (24) uit Wapenveld is op Unicon in 2022 wereldkampioen Highjump On Platform geworden. Of eigenlijk: gebléven, want die titel had ze ook al bij de vorige Unicon (in 2018) behaald. Hoe heeft ze dit niveau bereikt? En hoe is het allemaal begonnen?

Tekst: Klaas Bil Foto’s: Lisanne Boer, Jan Hagen

Om te beginnen enorm gefeliciteerd met je wereldtitel Highjump On Platform! Aan zo’n prestatie gaat natuurlijk heel wat vooraf. Wanneer ben je met eenwieleren begonnen?
Mijn buurjongen had een eenwieler. Ik zag hem rondrijden, en dat wilde ik ook graag kunnen. Voor mijn 12e verjaardag heb ik toen een eenwieler gevraagd, én gekregen.

Wanneer kreeg je het idee om hogerop te komen in de eenwielersport?
Toen ik mijn eenwieler nog maar kort had, zagen we in een regionale krant staan dat het Nederlands Kampioenschap Eenwieleren in de buurt zou worden gehouden, in Biddinghuizen. Mijn vader zei: ga maar kijken hoe het is. Maar de organisatie van het NKE ried aan om gewoon mee te doen (dat kon toen nog, zonder vooraanmelding). Toen heb ik de 5 km meegedaan, ik was bijna de laatste in mijn leeftijdsgroep. Maar daar heb ik wel gezien hoe leuk het eigenlijk is en wat er allemaal mogelijk is. Dus toen ben ik doorgegaan met oefenen en elk jaar beter geworden.

En wanneer kreeg je dan Unicon in het vizier?
In 2012, ik eenwielerde toen anderhalf jaar, was Unicon in Brixen, Italië. Ik was daar naar mijn idee nog niet goed genoeg voor, maar ik heb het wel allemaal van een afstand gevolgd. Het jaar daarna waren de Europese Kampioenschappen in Langenthal, Zwitserland. Ik dacht nog steeds dat ik niet goed genoeg was, maar mijn vader zei: ga maar meedoen, dat kan je wel. Ik deed inderdaad mee, en zag ook weer andere disciplines die bij het NKE niet aan bod kwamen. Onder andere het springen heb ik daar voor het eerst gezien, en dat wilde ik ook! Het jaar daarop, in 2014 dus, ging ik als deelnemer naar mijn eerste Unicon, in Canada. 

Welke disciplines beoefen je, en waarom juist die?
Wat ik nu het meeste doe is springen, zowel hoogspringen als verspringen, en dan beide vormen van elk, dus zeg maar ergens op en ergens over. Maar in het begin deed ik eigenlijk alleen racen, dat kwam door het NKE. Het springen heb ik gewoon pas later ontdekt.

Ik merkte dat ik met springen beter was dan met racen, dus daar ben ik me verder in gaan specialiseren. Maar ik race nog wel als de kans zich voordoet, omdat ik dat ook heel leuk vind om te doen. En verder maak ik af en toe een “unipacking” tocht. (Zie kader – KB)

Hoe vaak en hoe lang train je?
Mijn streven is om elke dag te rijden, maar eerlijk gezegd lukt dat lang niet altijd want ik heb het druk met studie en werk. Als ik vakantie heb, rijd ik meestal wel elke dag. Wát ik dan doe is heel wisselend. De ene keer ga ik een middag het bos in, een andere keer maak ik bijvoorbeeld een parcours met pallets om een dagdeel op te oefenen. Als er wedstrijden aan komen, train ik natuurlijk meer dan in de winter.
Na het wedstrijdseizoen train ik wat minder intensief, maar ik zorg er in elk geval voor dat mijn conditie op peil blijft, en dat ik sterk genoeg blijf. En in de winter doe ik vaker gewoon waar ik zin in heb, bijvoorbeeld muni in de bossen hier in de buurt. 

Waar doe je je training?
Springen en trial oefen ik bij mij thuis. Daar is genoeg ruimte om pallets neer te zetten, of bijvoorbeeld een aanloop te nemen voor het springen. Als ik ga racen of lange afstanden rijden, dan kan dat hier gewoon op de wegen in de buurt. Ik woon op het platteland en er is weinig verkeer.

Focus je meer op kracht, op uithoudingsvermogen, of op techniek?
Ik probeer dat wel te combineren. Ik begin altijd met een goede warming-up waarbij ik alles goed los maak, met kleine oefeningetjes die ik voor mezelf bedenk, gedeeltelijk ook op de eenwieler. Uithoudingsvermogen train ik door veel sprongen achter elkaar te maken. Als ik ga hoogspringen zet ik een stapel pallets klaar, en die maak ik steeds wat hoger, op die manier train ik de techniek.

Train je liever alleen of met anderen?
Goeie vraag! Met springen train ik eigenlijk altijd alleen, omdat er niemand in de buurt is die ook wil springen. Als je een trainingsmaatje hebt, kun je elkaar vast wel beter maken. Je geeft elkaar tips, daagt elkaar uit, of trekt je aan elkaar op.
Als ik in het bos rij, of op de weg, dan is het wel vaker met anderen. En ja, dat is altijd gezelliger dan in je eentje.

Beoefen je ook andere sporten?
Heel af en toe spring ik op de racefiets, gewoon omdat ik het leuk vind. Een hobby naast het eenwieleren, zeg maar.

Hoe belangrijk is het materiaal voor je succes?
Bij springen is vooral het gewicht heel belangrijk. Ik gebruik voor het springen tegenwoordig een 19” van Mad4One. Eerst deed ik dat op een 19” Impact, maar de Mad4One is een halve kilo lichter en dat is toch wel een voordeel. Naast het gewicht is ook de stevigheid belangrijk, de kracht van je afzet moet niet verloren gaan in de flexibiliteit van je frame of je wiel.
Ik weet niet eens hoeveel eenwielers ik in totaal heb… tien, elf, twaalf misschien? Daarbij zitten ook al mijn beginners-eenwielers, hoewel ik er niet meer op rij. De 20” freestyle gebruik ik nog wel. Verder een 24” voor slalom en wheelwalk, een 26”x1” voor het racen, een 26” en een 29” voor muni, maar die laatste kan ik ook ombouwen voor “standaard” races op de weg. Dan nog een 36” die ik vooral voor mijn plezier rij op de weg, en een giraffe omdat dat gewoon leuk is om te hebben. Ben ik dan nog wat vergeten? O ja, een stuk of drie beginners-eenwielers, die staan in de kast om uit te lenen als dat zo uitkomt.

Ik heb in Grenoble bij anderen dingen
gezien die ik nu aan het uitproberen ben

Wat zijn je sterke punten op eenwielergebied, en waar wil je nog aan werken?
Het werkt in mijn voordeel dat ik sterk ben in mijn benen en in mijn romp, en het zal ook wel helpen dat ik tamelijk lang ben. Tegelijkertijd ben ik lenig, wat vooral bij het hoogspringen belangrijk is voor je tuck, dat is dat je je eenwieler omhoog trekt en dan met je knieën richting je neus gaat, en dat dan ook nog heel snel.

Waar ik aan kan blijven werken is meer kracht. Het is altijd goed voor springen om nog sterker te worden, al moet je die kracht ook wel goed kunnen toepassen in je techniek. Ook in de springtechniek op zich kan ik nog veel winst halen. Ik heb in Grenoble dingen gezien bij anderen die ik nu aan het uitproberen ben. Ik kijk dan wat goed voelt, en waar ik hoger of verder mee kan springen. 

Kun je de finale van Highjump On Platform voor me beschrijven? Vond je het een spannende wedstrijd?
Bij de voorrondes in de middag liep het niet zo lekker. Ik had een lekke band van te voren, en ik was mijn startnummer vergeten dus ik moest weer terug naar het hotel om het te halen. Ik sprong ook niet zo hoog als ik zou moeten kunnen. Het was gelukkig wel genoeg voor een finaleplaats.
In de finale, diezelfde avond, had ik dat gedoe nog steeds wat in mijn hoofd, ik voelde me niet helemaal zeker. Maar ik zette het van me af, en dacht, kom op, het is weer een nieuwe wedstrijd. Dat ging eigenlijk best goed. We begonnen met zes rijders en op een gegeven moment waren er nog drie over: Roos Seegers, Johanna Sturm en ikzelf. We hadden alledrie 76 cm gehaald, en al onze pogingen waren op (je mag in een wedstrijd in totaal niet meer dan 12 sprongen maken – KB). Dus dat was een superspannende situatie! Het kwam toen neer op een tiebreak, waarbij de hoogte op 80 cm werd ingesteld. Omdat ik in de reguliere serie als laatste de 76 cm had gehaald, sprong ik ook in de tiebreak steeds als derde. We misten alledrie vier pogingen achter elkaar. Bij de vijfde poging misten Roos en Johanna nogmaals, maar ik haalde die wel. Daarmee was ik dus uiteindelijk kampioen geworden.

Jij bent de enige van de Nederlandse en Belgische wereldkampioenen, die zowel Track en Road rijdt (die sowieso vaak gecombineerd worden), als ook springen wat onder Urban valt. De Urban rijders houden zich vaak een beetje apart van de rest, althans dat is mijn indruk. Hoe kijk jij daar tegen aan?
Ik merk dat ook wel. Maar er zijn binnen de Urban groep ook wel verschillen. Bij de vrouwelijke Urban deelnemers zijn er wel sommigen die ook muni of racen beoefenen. Bij de mannen is dat minder, die zijn bijna altijd alleen met Urban bezig.
Ik denk dat de “afstand” waar je naar vraagt, geen kwestie is van onwil of zo, maar min of meer vanzelf is ontstaan. Urban en bijvoorbeeld Track of Road zijn totaal verschillend qua techniek en beleving, en ze worden altijd op andere locaties gehouden.

Net als in het gewone leven gaat in sport niet altijd alles goed. Hoe ga je er mee om als iets niet naar wens gaat en de motivatie misschien inzakt?
Die twee dingen horen bij mij niet zo bij elkaar. Als iets niet naar wens gaat, kan ik daar natuurlijk wel gefrusteerd van raken. Maar dat geeft me juist meer motivatie om het de volgende keer beter te doen.

Toen besefte ik: eigenlijk zit ik best dicht
tegen de top van de wereld, en kan daar
ook wel goed in meekomen. Misschien
moet ik daar maar eens mee doorgaan

Heb je een favoriete eenwielerherinnering?
Jazeker, dan denk ik aan de Europese kampioenschappen in 2017, in Nederland. Toen bereikte ik bij het hoogspringen over lat voor het eerst de finale in een internationale competitie, eigenlijk sowieso mijn eerste finale. Ik won toen ook een medaille. Toen besefte ik: eigenlijk zit ik best dicht tegen de top van de wereld, en kan daar ook wel goed in meekomen. Misschien moet ik daar maar eens mee doorgaan. Dat is voor mij wel een omslag geweest in het eenwieleren. En het jaar daarna, in Korea, werd ik wereldkampioen.

Heb je eenwielervrienden? En zit je bij een club?
Ik zit niet bij een club, maar ik heb zeker wel eenwielervrienden. We spreken regelmatig af om samen te gaan rijden, al is het dan geen springen. Ik heb ook wel veel appcontact met anderen. Je wisselt dan ideeën uit of geeft je mening ergens over. Daardoor gaan de dingen waar je op dat moment mee bezig bent, wel meer leven. Misschien ga ik er niet direct beter van springen, maar het kan me wel inspireren of motiveren. 

Wat motiveert je om door te gaan na zo veel jaar? 
Ik vind het nog steeds heel leuk om te doen. En omdat ik verschillende disciplines beoefen, wordt het nooit saai. Je kunt op een eenwieler alles doen wat je wilt, er zijn heel veel mogelijkheden. Daarom wil ik ook nog heel lang blijven rijden! 

Heb je als wereldkampioen nog wel iets om nog naar te streven? Je hebt het hoogste platform immers bereikt, letterlijk en figuurlijk in jouw geval.
Toch wel. Ik ben geen Europees kampioen, dat zou ik graag een keer halen. Het Europees Kampioenschap is al een tijd niet georganiseerd, maar als het weer komt ben ik van de partij. En ik wil graag een wereldrecord halen. Dat zou voor mij haalbaar kunnen zijn op Highjump On Platform, waar ik nu wereldkampioen in ben, maar ook Highjump Over Bar, en misschien Platform Long Jump.

Doe je iets op eenwielergebied buiten het zelf rijden?
Ja, ik geef wel eens demonstraties. Ik ben christen, en bij ons in de buurt is een stichting die het christelijk geloof op anderen wil overbrengen. Dat willen ze naar buiten brengen in de vorm van een verhaal met verschillende acts en stunts en muziek. Daar word ik regelmatig gevraagd om met de eenwieler over mensen heen te springen, of over obstakels. Ik vind het heel leuk om daaraan mee te werken. Het klinkt misschien een beetje apart om met een eenwieler een dergelijk verhaal te helpen uitbeelden, maar het ziet er altijd heel leuk uit en mensen zijn enthousiast.
Daarnaast zit ik in de organisatie van het NK Eenwieleren, natuurlijk samen met anderen, en met veel vrijwilligers. Dat vind ik heel leuk om te doen, en ook belangrijk omdat ik zelf zo veel aan het NKE gehad heb. 

Wat doe je buiten het eenwieleren?
Ik studeer HBO Verpleegkunde in Zwolle. Ik ben nu aan mijn vierde en laatste jaar bezig.

Daarnaast heb ik twee bijbanen, een in de thuiszorg, wat natuurlijk veel te maken heeft met mijn studiekeuze, en een in het laboratorium van een varkens-KI-station. Een beetje een bijzonder baantje.

Mijn gevarieerde leven buiten het
eenwieleren past misschien wel een
beetje bij de vele eenwielerdisciplines
die ik doe

Wat hobby’s betreft, dat zit vooral op het gebied van muziek. Ik speel dwarsfluit, ik zit in een fluit-ensemble waarmee we vaak repeteren en ook wel optredens geven. Verder speel ik een beetje piano, en ukelele probeer ik af en toe. En natuurlijk spreek ik regelmatig af met vrienden om leuke dingen te doen, een beetje zoals iedere student. 

Wat een gevarieerd leven heb je buiten het eenwieleren!

Haha, ja. Dat past misschien wel een beetje bij de vele eenwielerdisciplines die ik doe.

Wat zou je adviseren aan iemand die ook wereldkampioen wil worden?
Dat is een heel goede vraag. Plezier hebben is het belangrijkste, en dan komt de rest wel. Natuurlijk moet je er hard voor werken, maar plezier is het allerbelangrijkste. Als je echt de top wilt bereiken, moet je jezelf steeds uitdagen, en daar ook aan werken, maar dan lukt het uiteindelijk ook. Als je die drive niet hebt om steeds beter te worden, dan is dat natuurlijk ook goed, maar daar ga je geen wereldkampioen mee worden.

Unipacking?

Unipacking (unicycle + backpacking) is het rijden van meerdaagse tochten op de eenwieler. Je hebt ook Munipacking en Unitouring, maar de grenzen tussen deze vormen zijn vaag, en niet iedereen gebruikt de woorden precies hetzelfde. 
Lisanne is een van de zeer weinigen in Nederland die deze discipline beoefenen. In 2022 heeft ze twee solo-tochten gemaakt. De eerste was een driedaagse tocht in de Ardennen, in januari. Dat was bijzonder pittig, met storm (Corrie), temperaturen rond het vriespunt, en heel veel regen en sneeuw, maar tegelijkertijd erg leuk aldus Lisanne. Eigenlijk was dit een voorbereiding op een langere unipacking tocht die Lisanne in april in Schotland heeft gemaakt. Toen eenwielerde ze in tien dagen van Glasgow naar Inverness, dwars door de Schotse Hooglanden, een afstand van 420 km met 5300 hoogtemeters.



Hoewel ze beide tochten solo reed, ontmoette ze toch onderweg veel mensen waarmee ze leuke gesprekken kon voeren. Het is ook wel een conversation starter, als je zo reist! In de toekomst wil Lisanne zeker nog meer unipacking tochten maken.

Terug naar alle interviews